Samen met het Podium voor Architectuur Haarlemmermeer en Schiphol heeft in 2009 een architectenworkshop plaatsgevonden over nieuw leven langs oude waterwegen in de metropolitane regio van Amsterdam.
Veel van de gebouwen langs het Noordzeekanaal, de Zaan en de Ringvaart behoren weliswaar tot het industriële en culturele erfgoed maar zijn buiten gebruik en in vergetelheid geraakt. Tijdens deze creatieve vaartocht werden door 20 architecten inspirerende ideeën geformeerd en concepten opgetekend voor vier locaties, 1 in Zaandam en 3 in de Haarlemmermeer. Tijdens de vaartocht werden inleidingen door experts verzorgd zoals Jaap Draaisma van Urban Resort over processen en functies bij hergebruik, Paul Carree over transformaties en Floor Arons over bouwen langs het water.
Deze schetsen, tekeningen en teksten waren door Mathias Lehner van het Podium voor Architectuur Haarlemmermeer bij elkaar gebracht in een expositie en in een sprekend boekje zodat ook de bewoners van deze streken zelf kennis konden nemen van de transformatie-ideeën van deze groep. De tentoonstelling is een maand in de Bieb geëxposeerd en is ingeleid door een lezing van Paul Carree over de transformatie van het Hembrugterrein.
Op de tentoonstelling waren de diverse projecten te zien.
Bij zo’n 1e concept werd de betonfabriek in Cruquius omgetoverd tot een multifunctioneel festivalterrein voor muziek en watersportevenementen, waarbij een immense rode kraan zowel functioneel als visueel een grote rol speelt.
Een andere groep concentreerde zich op fort Aalsmeer. Rondom het oude sluisje bij dit fort verrezen kleine bouwwerken als netwerk en een oase van rust in het chaotische bedrijfsleven.
In het zuidelijkste puntje van de Haarlemmermeer, bij het gemaal de Leegwater, verrees ook een bijzondere eye-catcher. Rondom dit gemaal is ook de verbinding tussen de Kagerplassen en de Hoofdvaart zichtbaar, waardoor deze locatie conceptueel prima geschikt leek als landmark en uitzichtfunctie.
In het 4e concept stond het Hembrugterrein in Zaandam centraal. Deze zou volgens de architecten weer haar centrale functie binnen de Stelling van Amsterdam moeten innemen met een documentatie- en informatiecentrum maar ook een constante toelevering aan d omliggende forten van cultuur om zo de hoofdstad te de voeden als de culturele hoofdstad van het land.